De informatie over toelages en premies vind je via deze link: https://puc.overheid.nl/mp-bundels. Klik dan door op de 31-serie. Bij de 31-400 serie vind je onder meer de Inkomstenregeling Militairen. De toelagen vind je onder hoofdstuk 3 (Toelagen voor risico’s, inconveniënten en functiegebonden werkzaamheden). Bij de 31-serie vind je ook andere andere regelingen (zoals de toelagen voor plaatsing bij de DSI, etc.).

De 'Regeling bijdrage kosten kinderopvang buiten Nederland' geeft militairen en burgers recht op een vergoeding van de kosten van kinderopvang. Die vergoeding is in ieder geval 1/6 van die kosten. Defensie vergoedt 1/3 van die kosten bij een éénoudergezin. Je hebt ook recht op een hogere (1/3) vergoeding als de werkgever van jouw partner geen tegemoetkoming in de kosten verleent. De voorwaarde is wel dat kinderopvang noodzakelijk is vanwege ‘werkzaamheden’. Het is in enkele gevallen – waarbij de voorwaarden die de belastingdienst stelt om in geval van studie in aanmerking te kunnen komen voor de kinderopvangtoeslag – ook mogelijk om een tegemoetkoming te krijgen als de partner van de defensiemedewerker studeert. Je moet de tegemoetkoming aanvragen bij het dienstencentrum internationale ondersteuning defensie (DCIOD). Let op! De tegemoetkoming is een voorschot. DCIOD kan een te hoog voorschot verrekenen als de feitelijke kosten lager waren.

Je hebt recht op vergoeding van verhuiskosten wanneer Defensie jou verplicht om te verhuizen. Voorwaarde is wel dat je binnen 2 jaar nadat je die verplichting krijgt, daadwerkelijk verhuist (Verplaatsingskostenbesluit Defensie, artikel 2).

Je kunt een vergoeding van verhuiskosten krijgen als je aan bepaalde voorwaarden voldoet. Die zijn:

  • Je moet verhuizen kort voor, of niet te lang na je verplaatsing (tot 6 maanden ervoor, tot 2 jaar erna)
  • En je reisafstand moet 60 % korter worden
  • En je nieuwe woning staat in het woongebied* van je nieuwe standplaats.
  • En je moet volgens Defensie ook nog een ‘eigen huishouding voeren’. Dat hoeft volgens de BBTV, en ook volgens de rechter, niet.

 

* En wat betekent nu precies ‘woongebied’?

Dit betekent dat

  • de reisafstand van de woning naar je werk niet langer is dan 25 kilometer. Je moet dan uitgaan van de afstand per auto, fiets of te voet (dus niet openbaar vervoer).

Óf

  • de woning staat in een ‘bij ministeriële regeling goedgekeurde plaats van vestiging’. Deze lijst vind je op het Defensieformulier DFe 098 "aanvraag verhuiskosten" in de selfservice.

 

In artikel 3 van het 'Verplaatsingskostenbesluit Defensie' staat nog altijd dat je geen recht hebt op een tegemoetkoming in de verhuiskosten bij niet verplichte verhuizing, als je nog bij je ouders woont (geen eigen huishouding voert). Vanwege een rechterlijke uitspraak deze voorwaarde niet meer toegepast worden.

Je moet een verhuiskostenvergoeding terugbetalen als je binnen 2 jaar na de verhuizing ontslag aanvraagt en krijgt. Terugbetalen moet ook als je ontslag krijgt dat aan jou te wijten is. Verder moet je er rekening mee houden dat je moet terugbetalen als je nog een keer gaat verhuizen en dan verder van je werkplek gaat wonen (Verplaatsingskostenbesluit Defensie, artikel 3).

Als je tijdens een (initiële) opleiding wacht moet lopen terwijl die dienst geen onderdeel uitmaakt van de opleiding(ssyllabus), dan heb je recht op een vergoeding voor overwerk of een vergoeding in vrije tijd (VROB-toelage).

Wie als defensieambtenaar (militair of burger) voor een periode langer dan twee jaar in ‘een buiten Europa gelegen land’ is geplaatst, heeft één keer in de twee jaar recht op een vergoeding van de reiskosten tussen die plaatsing en een plaats in Nederland. Het gaat om de reiskosten voor de ambrtenaar zelf en voor de in het buitenland gevestigde gezinsleden van de defensieambtenaar.
Als een kind van een defensieambtenaar in Nederland blijft wonen om te studeren, dan heeft dit kind, of de defensieambtenaar of één van zijn (wel) meeverhuizende gezinsleden recht op vergoeding van de reiskosten. In dit geval vergoedt Defensie eenmaal per jaar de reiskosten van één persoon en blijft het recht op de vergoeding van de gezinstickets (eenmaal per twee jaar) uiteraard bestaan.

De commandant van de deelnemende eenheid moet – in overleg met de medezeggenschap – de deelname in de oefenorder opnemen. In dat geval wordt bij deelname als (wandel)detachement, maar ook bij inzet als geneeskundige of andere verzorgende eenheid (opbouw en verzorging Kamp Heumensoord) voor alle ‘deelnemers’ de arbeidstijdenwet op basis van het AMAR artikel 55a, tweede lid onder a, buiten werking gesteld en wordt er oefentoelage (toelage meerdaagse activiteiten) toegekend. Als de commandant de activiteit niet in een oefenorder opneemt, geldt de normale overwerkvergoeding. Militairen en burgers die individueel deelnemen, hebben recht op buitengewoon verlof. Zij hebben geen recht op overwerk- of andere vergoedingen.

Je hebt recht op een waarnemingstoelage als je formeel, middels een waarnemingsbesluit, met de volledige waarneming bent belast van een functie met een naasthogere rang, voor ten minste 30 dagen aaneengesloten .
Bij informele waarneming, zonder waarnemingsbesluit, heeft de rechter bepaald dat Defensie een compensatie moet bieden die even hoog is als de waarnemingstoelage, namelijk het verschil tussen de bezoldiging van de eigen functie en de waargenomen functie.

Een militair kan zelf via het algemene rekestformulier een verzoek indienen voor financiële compensatie. De ervaring leert dat de functionarissen binnen Defensie niet altijd op de hoogte zijn van de geldende regels en rechtspraak. Het is daarom goed om in het rekest hiernaar te verwijzen. De VBM/BBTV kan je daarover adviseren.