Het komt steeds vaker voor, dat commerciële bedrijven samenwerken met Defensie. Op zich zou dit geen probleem hoeven te zijn. Helaas stelt de VBM vast dat bij meerdere van deze samenwerkingstrajecten Defensie niet de regelgeving volgt (aanwijzing SG 938).

Op verzoek van de VBM is op 29 augustus gesproken over de samenwerking tussen Thales en CZSK, bij het onderhoud van de Goalkeeper.

In de regelgeving is opgenomen dat de medezeggenschap en de bonden betrokken moeten worden bij dit soort trajecten. De bonden concentreren zich dan op de gevolgen van het samenwerken voor de rechtspositie van het defensiepersoneel. Het kan bijvoorbeeld zijn dat hierover speciale afspraken moeten worden gemaakt. Die moeten dan worden vastgelegd in een personeelsparagraaf.

In het samenwerkingstraject tussen Thales en CZSK zijn de bonden niet betrokken. Op verzoek van de bonden heeft CZSK toegelicht waarom voor dit traject is gekozen. Het convenant is in november 2016 getekend en hierin is opgenomen dat Thales Nederland en de Directie Materiele Instandhouding (DMI) samen het onderhoud uitvoeren aan de Goalkeeper.

Omdat personeel met voldoende kennis over dit verdedigingssysteem met snelvuurkanon schaars is, is gezocht naar synergiewinst. Defensiepersoneel (burger) wordt binnen en buiten Nederland ingezet voor het uitvoeren van werkzaamheden voor Thales en andersom wordt Thales-personeel ingezet voor werkzaamheden aan defensiemateriaal. Defensiepersoneel blijft rechtspositioneel onder de regels van Defensie vallen. Aan het einde van het jaar wordt gekeken of er een rekening naar Defensie komt van Thales, of andersom.

De VBM heeft op 29 augustus aangegeven dat de bonden alsnog betrokken moeten worden bij de samenwerking. We hebben aan CZSK gevraagd om alle aspecten van het convenant die te maken hebben met de rechtspositie van het Defensiepersoneel, aan de bonden te verstrekken. Zodra deze informatie door de bonden beoordeeld is, weten we of er nadere afspraken gemaakt moeten worden. CZSK heeft aangegeven hier uitvoering aan te geven en de bonden de gevraagde informatie te verstrekken.

De bonden gaan per brief Defensie erop wijzen, dat bij het aangaan van samenwerkingscontracten met commerciële partijen, ook de bonden betrokken moeten worden. Dit om te voorkomen dat deze fout in de toekomst opnieuw gemaakt wordt.