Word lid
DMO heeft tijdens de vergadering over reorganisaties op 15 september jl. aangegeven dat bij het Munitiebedrijf, in het kader van een evaluatie van de vorige reorganisatie, werkplekonderzoeken zijn uitgevoerd. Die hebben uitgewezen dat een behoorlijk aantal functiebeschrijvingen niet overeenkomen met de uitgevoerde werkzaamheden. Er dient dus functieonderhoud plaats te vinden in de ‘IST’.
Van ten minste 30 functies moet de functiebeschrijving voor meer dan 20% gewijzigd worden. Met andere woorden: de IST (beschrijving huidige organisatie) is niet op orde. Daarnaast is het munitiebedrijf ook bezig om, onder andere in het kader van veiligheid, opnieuw te reorganiseren waarbij meer functies worden toebedeeld.
DMO heeft over het uitgevoerde werkplekonderzoek overleg gevoerd met de medezeggenschap en met het Dienstencentrum Organisatie & Formatie (DCO&F). Ook is er met de medezeggenschap overeenstemming bereikt over het evaluatieplan. DMO heeft in deze vergadering aan de bonden gevraagd hoe men om zou moeten gaan met het uitvoeren van de ‘IST op orde’.
De bonden hebben aangegeven dat de evaluatiefase een belangrijke fase in het reorganisatietraject is en dat een reorganisatie hiermee formeel wordt afgesloten. Dat maakt een goede start mogelijk van – mocht dat nodig zijn – een volgende reorganisatie.
Repareren
Ook is de evaluatie een goed moment om te repareren wat er bij de implementatie van de reorganisatie niet goed is gegaan. DMO had, mede gebaseerd op advies van DCO&F, de insteek om de ‘IST op orde’ door te voeren zonder reorganisatietraject. De bonden hebben laten weten hier niet mee in te stemmen. De VBM heeft aangegeven dat het reorganisatieproces duidelijk is en dat het onbegrijpelijk is dat DCO&F advies geeft om het URD-traject hier níet te volgen! Er zijn meer dan 30 functiebeschrijvingen die voor meer dan 20% gewijzigd moeten worden, dus is het URD van toepassing.
'Five pager'Na een uitgebreide discussie zijn partijen overeengekomen dat DMO een ‘five pager’ oplevert, waarin inzichtelijk wordt gemaakt waar de wijzigingen en reparaties in ‘IST op orde’ zijn doorgevoerd. Dan zullen de bonden beoordelen hoe het traject verder aangelopen moet worden. Misschien kan de evaluatie en reparatie van de ‘IST op orde’ wel ingebouwd worden in het latere reorganisatieplan, maar hierover moet nog nadere afstemming plaatsvinden. DMO heeft hiermee ingestemd.